Raadsbesluit eerste wijziging Algemene Plaatselijke Verordening Oldambt 2016

Onlangs kwam de volgende bekendmaking binnen vanuit Oldambt. Lees hieronder alle informatie die tot nu toe bekend is bij ons. 
  1. Bekendmakingen Oldambt
  2. gmb-2016-182802
  • Onderwerp: Openbare orde en veiligheid | Organisatie en beleid
  • Waar: officielepublicaties 
  • Categorie: officielepublicaties/gmb/2016

 

Omschrijving:

De raad van de gemeente Oldambt,gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 8 november 2016,gelet op de artikelen 149 en 151c, eerste lid, van de Gemeentewet,BesluitVast te stellen de eerste wijziging van de Algemene Plaatselijke Verordeninggemeente Oldambt 2016.Artikel IDe Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Oldambt 2016 wordtgewijzigd als volgt:AArtikel 1:3 komt te vervallen.BArtikel 1:8, tweede en derde lid komen te luiden:2. Een vergunning of ontheffing kan ook worden geweigerd als de aanvraagdaarvoor minder dan vier weken voor de beoogde datum van de beoogdeactiviteit is ingediend en daardoor een behoorlijke behandeling van deaanvraag niet mogelijk is.3. Voor bepaalde, door het bestuursorgaan aan te wijzen, vergunningen ofontheffingen kan de in het tweede lid genoemde termijn worden verlengdtot ten hoogste twaalf weken.CArtikel 2:1, eerste lid komt te luiden:1. Het is verboden op een openbare plaats deel te nemen aan eensamenscholing, onnodig op te dringen of door uitdagend gedrag aanleidingte geven tot ongeregeldheden, of te vechten.DArtikel 2:12 komt te luiden:1. Het is verboden zonder omgevingsvergunning van het bevoegd gezag eenuitweg te maken naar de weg of verandering te brengen in een bestaandeuitweg naar de weg.2. In afwijking van het bepaalde in artikel 1:8 wordt de vergunning slechtsgeweigerd:a. ter voorkoming van gevaar voor het verkeer op de weg;b. indien de uitweg zonder noodzaak ten koste gaat van een openbareparkeerplaats;c. indien door de uitweg het openbaar groen op onaanvaardbare wijzewordt aangetast;d. indien door de uitweg het straatbeeld op onaanvaardbare wijze wordtaangetast (bijv. parkeren in voortuinen); en/ofe. indien er sprake is van een uitweg van een perceel dat al door een(andere) uitweg wordt ontsloten.3. In afwijking van het gestelde in het tweede lid onder d, kan de vergunningworden verleend indien de noodzaak met een verklaring van een huisarts,wijkverpleegkundige of andere door de gemeente aangewezen sociaal-medischadviseur kan worden aangetoond.4. In afwijking van het gestelde in het tweede lid onder e, kan de vergunningvoor een tweede uitweg worden verleend:a. bij percelen met een bedrijfs- of agrarische bestemmingi. indien verkeersveiligheid en/of intensiteit daartoe aanleiding geven, ofii. indien zwaarwegende bedrijfseconomische gronden daartoeaanleiding geven;b. bij percelen met een perceelbreedte van meer dan 35 m; en/ofc. bij percelen aan meer zijden gelegen aan een openbare weg, waarbiji. de uitwegen niet op dezelfde weg uitkomen; enii. de perceeloppervlakte groter is dan 1000 m²;mits geen van de weigeringsgronden uit het tweede lid onder a, b, c en dvan toepassing zijn.5. Het verbod in het eerste lid is niet van toepassing op:a. situaties waarin wordt voorzien door de Wet beheerRijkswaterstaatswerken, de Waterschapskeur of het Wegenreglement derprovincie Groningen;b. uitwegen die reeds op basis van de meldingsplicht uit eerdere APV’s zijntoegestaan, maar nog niet zijn gerealiseerd; enc. uitwegen en tweede uitwegen die reeds voor 1 januari 2010 zijngerealiseerd zolang dit niet leidt tot gevaar voor het verkeer op de weg(overgangsrecht).EArtikel 2:39, tweede lid, onder b komt te luiden:b. speelgelegenheden waarvoor de raad van bestuur van dekansspelautoriteit bevoegd is vergunning te verlenen; enFArtikel 2:44, derde en vierde lid komen te luiden:3. Het is verboden op de weg in de nabijheid van winkels een voorwerp tevervoeren of bij zich te hebben dat er kennelijk toe is uitgerust om hetplegen van (winkel)diefstal te vergemakkelijken.4. Het in het derde lid gestelde verbod is niet van toepassing indienredelijkerwijs kan worden aangenomen dat de in dat lid bedoelde voorwerpniet bestemd is voor de in dat lid bedoelde handelingen.GArtikel 2:77, eerste lid, komt te luiden:1. De burgemeester is bevoegd overeenkomstig artikel 151c van deGemeentewet te besluiten tot plaatsing van camera’s voor een bepaaldeduur ten behoeve van het toezicht op een openbare plaats.Artikel IIDit besluit treedt in werking op 29 december 2016.Winschoten, 19 december 2016De raad van de gemeente Oldambt,Pieter Norder Pieter SmitGriffier Voorzitter

 

Deel dit artikel met buren en kennissen!

Redactie Nieuwsuitoldambt.nl

Wij houden je op de hoogte van alle bekendmakingen vanuit de gemeente.

Andere bekendmakingen